James Monroe

James Monroe

Monroe, James (Westmoreland Co., Virginia, 28 april 1758 – New York 4 juli 1831), Amerikaans staatsman, vijfde president van de Verenigde Staten, vocht mee in de Amerikaanse Vrijheidsoorlog, studeerde rechten als leerling van Thomas Jefferson en werd in 1783 gekozen tot lid van het Amerikaanse Congres. Hij was in 1788 een tegenstander van de aanvaarding van de grondwet en sloot zich weldra aan bij de Republikeinse partij van Jefferson, die zich verzette tegen te veel staatsmacht en de Franse Revolutie bewonderde.

Monroe was gezant in Parijs (1794–1796), gouverneur van Virginia (1799–1802), weer gezant in Parijs, nu met de bijzondere opdracht om de aankoop van het Louisiana-territorium voor te bereiden (1802–1803), daarna gezant in Londen (1803–1806). In het kabinet van James Madison was hij minister van Buitenlandse Zaken (1811–1817) en vervolgens werd hij president (1817–1825). Zijn ambtsperiode wordt gekenmerkt als de era of good feelings, er waren nauwelijks partijtegenstellingen: in 1820 werd Monroe herkozen met op één na alle stemmen van de kiesmannen. Wat er onder Monroes bewind tot stand kwam, was vooral te danken aan zijn zeer bekwame minister van Buitenlandse Zaken, John Quincy Adams.