De naamsverwarring was veelbetekenend. Dat Obama met enige regelmaat werd verhaspeld tot Osama toonde wel aan de veelbelovende politicus uit Illinois nog geen gevestigde naam was in de Amerikaanse politiek toen hij ging meedoen aan de race om het Witte Huis. Kenners hadden gedacht dat hij nog enkele jaren in de Senaat zou nodig hebben om te rijpen, maar Obama wist de kiezers ongewoon enthousiast te krijgen, enthousiasme dat bij eerdere kandidaten als John Kerry of Al Gore ontbrak. Met de slogans Hope en Change, verspreid via sociale media, inspireerde hij volgelingen als geen ander.
Het probleem van een succesvolle verkiezingscampagne zoals Barack Obama die in 2008 voerde, is echter dat die ook hoge verwachtingen schept voor de nieuwe president. De eerste zwarte president. De man die de Democratische partij weer op de kaart moest zetten. Een intellectueel na acht jaar cowboypolitiek van George Bush. De verwachtingen waren hooggespannen. En misschien wel te hoog.
Niet dat Obama geen successen kende. George Bush moet knarsetandend hebben aangehoord hoe zijn opvolger Osama bin Laden uitschakelde. En nog wel dankzij gedegen speurwerk, zonder de controversiële verhoormethoden die Bush had goedgekeurd.
Ook slaagde hij erin waar een handjevol presidenten voor hem faalden: de hervorming van de gezondheidszorg. Obama zei dat zo belangrijk te vinden, dat hij bereid was zijn tweede termijn ervoor op het spel te zetten.
Economie
Toch lijkt het erop dat het niet Obamacare zal zijn waarop de kiezers hem zullen afrekenen. Bill Clinton zei het al: it’s the economy, stupid. Hervorming van de gezondheidszorg en de dood van Osama zijn mooi, maar betekenen bar weinig voor kiezers die thuis nauwelijks de eindjes aan elkaar kunnen knopen. De Amerikaanse burger begrijpt niet waarom grote banken, die juist de crisis hadden veroorzaakt, geld toegestopt kregen, terwijl werklozen hun banen en huizen verloren.
Aanhangers van Obama redeneren dat Bush een groot deel van de schuld draagt. Hij begon twee geldslurpende oorlogen, leegde de staatskas door belastingvoordeeltjes en maakte de bailout voor banken mogelijk. Tegenstanders menen dat Obama nu wel lang genoeg de tijd heeft gekregen om grip op het probleem te krijgen, maar dat de situatie alleen maar verergert.
Duidelijk is dat veel van de mooie beloften uit de verkiezingscampagne zijn overschaduwd door het economisch geweld. En dat terwijl de harde kern van zijn achterban juist graag wilde dat Obama een even compromisloos progressief beleid zou gaan voeren als zijn voorganger met de conservatieve agenda had gedaan.
Weg uit Irak
De president koos echter vaak voor onderhandelingen, consensus en common sense. De verkiezingsbelofte om uit Irak te vertrekken, loste hij eind 2011 in, maar het sluiten van terreurgevangenis Guantánamo Bay mislukte. Ook zette hij vaker dan Bush de omstreden onbemande vliegtuigen in tegen terroristen.
Vier jaar later lijkt change erg hol geworden en is er veel hope vervlogen. In de strijd om zijn herverkiezing moet Obama misschien wel meer opboksen tegen zijn eigen oude imago dan tegen de Republikeinse kandidaat.