Inleiding
Nebraska (afk.: NE of Nebr.), staat van de Verenigde Staten van Amerika, 200.018 km2, met 1,5 miljoen inw.; hoofdstad Lincoln.
FysischeGeografie
Nebraska bestaat grotendeels uit een golvende vlakte met een prairie-achtig karakter, die in westelijke richting geleidelijk oploopt en overgaat in de uitlopers van de Rocky Mountains. Er zijn meer dan 2300 meren en meertjes, waaronder een aantal kunstmatige meren. De staat wordt ontwaterd door de Missouri en enkele van haar zijrivieren, waarvan de voornaamste zijn de Niobrara, de Republican en de Platte (gevormd door North en South Platte).
Nebraska heeft een landklimaat; de winters zijn gemiddeld echter niet zeer koud, dankzij de chinook, een warme valwind die van het Rotsgebergte komt. Stormen (blizzards en tornado’s) komen veelvuldig voor. De jaarlijkse hoeveelheid neerslag is zeer onregelmatig verdeeld: het oosten ontvangt tweemaal zoveel als het westen.
Bevolking
De gemiddelde bevolkingsdichtheid bedraagt 8 inw. per km2. Ongeveer 66% van de bevolking woont in de stedelijke gebieden. De grootste steden zijn Omaha en Lincoln.
Economie
Veruit het grootste gedeelte van de beroepsbevolking is werkzaam in de landbouw. Op de tweede plaats komt de industrie, gevolgd door handel, bouwbedrijf en diensten. Het voornaamste landbouwproduct is maïs; voorts o.m. sorghum, haver, rogge, aardappelen en suikerbieten. Zeer belangrijk is de veeteelt (goed voor ongeveer 70% van het agrarisch inkomen), die vooral runderen en voorts varkens, schapen en pluimvee omvat. Meer dan 1,5 miljoen ha landbouwgrond wordt bevloeid, vnl. door middel van grondwaterreservoirs. De delfstoffenproductie is van geringe betekenis en omvat aardolie, zand en grind.
De belangrijkste industrie is de levensmiddelenindustrie, waarvan de belangrijkste tak is de vleesverwerkende industrie; Omaha is een van de grootste vleesverwerkende centra van de wereld. Andere belangrijke producten zijn machines en technische apparaten, voorts o.m. ijzerwaren, bouwmateriaal, chemicaliën, pompen en elektronica; daarnaast is er een uitgebreide grafische sector.
Bezienswaardigheden
De meest bezochte natuurgebieden zijn de Wildcat Ridge in het westen, de heuvels langs de Missouri ( ‘Bluffs’) in het oosten, het dal van de Niobrara en het merengebied van de Sand Hills. In het Niobrara-natuurreservaat leven kudden bizons. Door het dal van de Platte liepen destijds belangrijke pioniersroutes als de Oregon Trail, de Pony Express en de Overland Trail. Op verschillende plaatsen wordt daaraan herinnerd. In de buurt van North Platte wordt de woning van Buffalo Bill in stand gehouden. In de bodem van Nebraska zijn talrijke resten van mammoeten gevonden; een bijzonder mooi en groot exemplaar is te vinden in het University of Nebraska State Museum in Lincoln.
Geschiedenis
In de 16de en 17de eeuw was Nebraska door Franse pelsjagers bewoond. Pas de reizen van de Amerikanen Lewis en Clark (1804–1806) en Stephen Long (1819) gaven meer inzicht in dit gebied, lange tijd aangeduid als de ‘grote Amerikaanse woestijn’ (Long). Zwervende Indiaanse stammen zoals de Pawnee en Omaha moesten steeds meer hun grond afstaan aan de opdringende kolonisten, die langzamerhand ontdekten dat Nebraska een vruchtbaar en bewoonbaar land was. Van 1700 tot 1803 behoorde het tot Frans Louisiana; in 1876 volgde de uiteindelijke pacificatie van de Indianen. In 1854 werd het gebied tot territorium verklaard door de Kansas-Nebraskawet. Lange tijd is een scherpe tegenstelling blijven bestaan tussen het gebied ten noorden en dat ten zuiden van de rivier de Platte. In 1867 werd Nebraska erkend als 37ste staat van de Unie.