Flag Oklahoma

Sooner State

Inleiding

Oklahoma (afk.: OK of Okla.), staat van de Verenigde Staten van Amerika, in het noorden begrensd door Colorado en Kansas, in het oosten door Missouri en Arkansas, in het zuiden door Texas en in het westen door Texas en New Mexico, 181.090 km2, met 3,1 miljoen inw.; hoofdstad: Oklahoma City.

Fysische Geografie

Het centrale gedeelte van Oklahoma ligt geheel binnen de Osage Plains. Dit golvende prairielandschap wordt in noordwestelijke richting geleidelijk hoger, om in de ‘Panhandle’ over te gaan in de Great Plains en uitlopers van de Rocky Mountains. Hier bereikt de staat in Cimarron County in het uiterste westen zijn hoogste punt (Black Mesa, 1517 m). In het noordoosten bevinden zich de Ozark Mountains en in het zuidoosten de Ouachita Mountains; beide zwaar beboste gebergten zijn van elkaar gescheiden door de rivier de Arkansas. De zoutvlakten in de omgeving van Cherokee worden wegens hun bijzondere vogelwereld als natuurreservaat beschermd.

Oklahoma behoort in zijn geheel tot het stroomgebied van de Mississippi; alle rivieren van de staat stromen uiteindelijk in oostelijke richting. Het noorden wordt ontwaterd door de Arkansas. De Red River ontwatert het zuiden van de staat. Oklahoma heeft geen natuurlijke meren van enige omvang. Van de meer dan 200 stuwmeren hebben m.n. in het oosten van de staat een aantal een aanzienlijke omvang, w.o. Eufala Lake, Grand Lake O’the Cherokees en Lake Texoma. Oklahoma’s klimaat ondervindt enerzijds invloed van het milde klimaat van de Golf van Mexico, anderzijds van het landklimaat van de Great Plains, en kent dan ook zeer grote plaatselijke verschillen.

Bevolking

De gemiddelde bevolkingsdichtheid bedraagt 17 inw. per km2. Ongeveer 68% van de bevolking woont in de stedelijke gebieden. De grootste steden zijn Oklahoma City en Tulsa.

Economie

Een groot deel van Oklahoma’s beroepsbevolking is werkzaam in de landbouw. Het belangrijkste geproduceerde gewas is tarwe, gevolgd door katoen, sorghum, maïs, sojabonen, grondnoten en groenten; van betekenis zijn ook de vleesproductie (runderen, schapen, varkens) en bosbouw (vurenhout). Naar omvang van productie is de industriële sector het grootst. Met name aardolieraffinage, petrochemie en voedingsmiddelenindustrie zijn van belang. De productie van aardolie en aardgas behoort tot de hoogste van het land. Andere delfstoffen zijn steenkool, koper en zilver. De staat bezit een aantal interessante staatsparken, natuurreservaten e.d., o.m. Great Salt Plains National Wildlife Refuge en Wichita Mountains Wildlife Refuge (o.a. bizons). De geschiedenis van Oklahoma wordt belicht in o.m. Indian City bij Anadarko en de National Cowboy Hall of Fame in Oklahoma City.

Geschiedenis

Spaanse en Franse ontdekkingsreizigers drongen in de 16de en 17de eeuw in deze streek door, maar pas in 1824 werden door Amerikanen de eerste forten gebouwd in Oklahoma, dat zij door de aankoop van het Louisianaterritorium in 1803 hadden verworven. Het land was zo dor dat het alleen geschikt werd geacht om er de Indiaanse stammen naar toe te verbannen die verdreven werden van beoosten de Mississippi. Vijf grote en relatief hoog ontwikkelde stammen uit het zuiden (Cherokee, Choctaws, Chickasaw, Creek en Seminolen) stichtten kleine republieken met eigen grondwetten. Omdat zij slaven hielden, kozen zij in de Amerikaanse Burgeroorlog de zijde van het Zuiden. Daarom moesten zij na 1865 een deel van hun land afstaan, waar toen ook andere Indiaanse stammen werden gehuisvest. In het midden van het Indiaanse gebied was een open stuk overgebleven, dat in 1889 werd opengesteld voor blanke kolonisatie. Weldra werden ook de diverse reservaten prijsgegeven aan de blanken. De bevolking nam nu snel toe, de Indiaanse republieken smolten met de blanke vestigingen samen tot een nieuwe staat, die op 16 nov. 1907 als 46ste staat toetrad tot de Unie.